Econoom Karel Eckhorst over onderhandeling Suriname-IMF
In een interview met ‘Financiën Actueel’ is econoom Karel Eckhorst ingegaan op het onderhandelingsproces met het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Eckhorst leidt de onderhandelingen met het IMF. Hij gaf aan dat minister Armand Achaibersing van Financiën en Planning eigenlijk de hoofdonderhandelaar is, maar dat hij het mandaat heeft gehad om namens de bewindsman te onderhandelen.
“Het aanvragen van een IMF-programma is een ernstige zaak, omdat je heel veel vraagt van het volk”, aldus Eckhorst. “Als land moet je heel serieus zijn als je met het IMF in zee wilt.” Het gaat om enorme commitment en condities die op papier worden vastgelegd. Volgens Eckhorst moet men daarom vanaf het begin bereid zijn om ‘ownership’ te nemen van datgene wat men overeenkomt met het IMF.
Wisselkoers
Een van de onderwerpen in het programma was de wisselkoers, omdat de samenleving zich ernstige zorgen maakt hierover. Volgens Eckhorst is deze bezorgdheid terecht. Hij geeft aan dat de autoriteit op het gebied van het wisselkoersbeleid nog steeds de Centrale Bank van Suriname (CBvS) is. Zo heeft Suriname een grote importbasis; zowel in de consumptie- als productiesfeer. Daardoor werkt de wisselkoers vrijwel direct door op de prijzen. Elke schommeling zal daarom impact hebben. Eckhorst legt uit dat er bij eerdere analyses geconcludeerd is dat er dieperliggende structurele problemen in de economie zijn, zoals een zeer kleine deviezen verdienbasis.
Aan de ene kant is er relatief veel valuta nodig om de economie draaiende te houden voor consumptie en productie. En aan de andere kant is de economie niet in staat voldoende deviezen terug te verdienen, waardoor er een enorm verschil ontstaat in het voorradig zijn van deze deviezen. Deze kloof wordt groter wanneer een land ook nog te kampen krijgt met dalende prijzen voor het kleine assortiment aan exportgoederen die geld opbrengen, met name goud, olie en bauxiet. Deze dalingen die dan ontstaan, zijn meteen merkbaar in de economie.
“Het versterken van de waarde van de munt moet vanuit de binnenlandse productie komen”, zegt Eckhorst. Het gaat volgens de econoom om datgene wat jij als land kan verkopen tegen een goede prijs, waardoor er genoeg dollars verdiend kunnen worden. Als voorbeeld geeft hij aan dat Suriname in de periode 2009-2012 enorm veel verdiend heeft aan de export van mineralen, in feite meer dan er was ontvangen aan ontwikkelingshulp. Maar de besteding van deze gelden is niet zo goed verlopen.
Een aantal factoren liggen ten grondslag aan de totstandkoming van de wisselkoers. Maar Eckhorst benadrukt dat wij als land vooral door productie van een breder assortiment aan exporteerbare goederen en diensten, meer kunnen verdienen en daardoor ook een sterkere munt en stabielere wisselkoers kunnen hebben.
Stabilisatie Economie
De deal met het IMF kan gezien worden als een eerste mijlpaal die Suriname zal helpen om de volgende stappen te zetten voor de stabilisatie van de economie. Het geld van het IMF is in dit geval puur betalingsbalanssteun, voor ondersteuning van de internationale reserves van de CBvS. De internationale reserves van Suriname bij de CBvS, zullen hierdoor in de komende jaren, heel gestaag stijgen. “Een programma met het IMF biedt een basis van vertrouwen en discipline voor wat betreft het macro-economisch beleid, waardoor ook andere financiële instellingen bereid zijn om ook hun (budget)steun te geven”, aldus Eckhorst.
In de komende anderhalve maand, na het bereiken van de Staff Level Agreement, zal er gewerkt worden aan het uitvoeren van de voorwaarden. Volgens Eckhorst is er nu een overeengekomen pakket. Hij benadrukt dat de
Staff Level Agreement een zogeheten ‘gentlemen agreement’ is om het wederzijdse samengesteld en afgesproken pakket van macro-economische maatregelen, gereed te krijgen voor goedkeuring door de Uitvoerende Raad en
uitvoering door Suriname. De ogen zijn nu gericht op het politiek-bestuurlijke om de ‘prior actions’ uit te voeren. Eckhorst geeft aan dat dit geen makkelijke job zal zijn, maar gelooft dat wij er wel zullen komen.
Ter afsluiting geeft de econoom aan dat er veel maatregelen in het pakket opgenomen zijn, om eigenlijk zoveel als mogelijk klappen op te kunnen vangen. Het bedrijfsleven zal ondersteund worden in haar ontwikkeling door
programma’s en projecten die zullen worden uitgevoerd met technische en financiële assistentie van andere internationale financiële instellingen, zoals de Wereldbank. In het Herstelplan worden er hiertoe een aantal
handvatten aangeboden. “Want de verdiencapaciteit zit uiteraard bij het bedrijfsleven en niet zo zeer bij de overheid”, aldus Karel Eckhorst.