Ontwikkelingseenheid ministerie van Defensie wordt opgeheven
De Ontwikkelingseenheid, die rechtstreeks ressorteerde onder de minister van Defensie, wordt opgeheven. Deze aankondiging heeft minister Krishna Mathoera van Defensie op dinsdag 17 november 2020 gedaan in de Nationale Assemblee. Deze dienst is inmiddels doorgelicht en wordt per 20 november 2020 opgeheven. Alle onder deze eenheid ressorterend materiaal en personeel wordt overgeheveld naar de kazerne. Zij zullen volgens de bewindsvrouw zoals het hoort vallen onder de bevelhebber van het Nationaal Leger.
Bij de Ontwikkelingseenheid, die belast was met allerhande bewakings- en civiele opdrachten, zou het nieuwe personeel dat bij Defensie in dienst was genomen, zijn ondergebracht. De minister zei tijdens de begrotingsbehandeling op vragen van het parlement dat er ten opzichte van inderdaad een toename van het personeel bij haar ministerie te constateren is. Het bestand is met 650 personeelsleden uitgebreid, maar de noodzaak daartoe is onduidelijk. Het was volgens de Defensieminister een politiek besluit van de voormalige regering. “In elk geval is het nieuwe personeel niet ondergebracht bij het Nationaal Leger, maar bij de zogenaamde Ontwikkelingseenheid”, aldus de Defensieminister.
Volgens de lijst van het Centraal Bureau Mechanische Administratie (CEBUMA) is het aantal personeelsleden van Defensie 4.944 per september 2020. Hiervan is ruim 20% bij het Dienst Nationale Veiligheid (DNV). Dat beslaat een begroting van ongeveer 70 miljoen van ministerie van Defensie. De formatie van het leger wordt conform art.10 Wet NL vastgesteld door de regering van Suriname. Minister Mathoera zegt dat deze formatie nooit formeel is vastgesteld. De bewindsvrouw gaf een opsomming van de taken van het Nationaal Leger. De bijzondere taken als ook de hoofdtaak van de organisatie zijn vastgesteld in de Wet op het Nationaal Leger.
De minister gaf aan op het departement tal van andere bewakingswerkzaamheden te hebben aangetroffen. Na evaluatie is vastgesteld dat een aantal van deze posten geen aanspraak maakten op beveiliging van Defensie en dit is onmiddellijk ingetrokken. Volgens haar hebben sommige personen en bedrijven voor deze beveiliging betaald. De minister heeft echter geen deugdelijke administratie aangetroffen. Het ministerie is momenteel bezig dat te ordenen. De bewindsvrouw heeft hierover overleg gehad met minister Armand Achaibersing van Financiën en Planning. Zij heeft inmiddels een werkgroep ingesteld om alles te inventariseren, analyseren en voorstellen te doen voor een structurele oplossing.
Minister Mathoera verzekerde het parlement dat conform art.13 van de Wet van NL, dat behalve deze taken, er geen activiteiten buiten militaire gebouwen en terreinen worden uitgevoerd, tenzij na daartoe verkregen toestemming van de minister. Het beleid zal zodanig uitgevoerd worden, dat er geen toestemming verleend zal worden om objecten en subjecten die illegaal bezig zijn, te bewaken of te beschermen. Er zal zorgvuldig afgewogen worden waarbij het publieke belang doorslaggevend zal zijn.